Ieder jaar op de derde dinsdag van oktober vindt in het mooie Zuidlaren de grootste en oudste paardenmarkt van Europa plaats: de Zuidlaardermarkt. Aangezien ik in Zuidlaren werk, op ongeveer 2 centimeter van de markt, leek het me wel leuk om er met de kinderen even heen te gaan. Dus op dinsdag, na het consultatiebezoek en het slaapje van Jan, gaan we met z’n vieren richting Zuidlaren.
*Let op, op dat moment had ik bovenstaande website nog niet gelezen, ik was nog nooit eerder op de Zuidlaardermarkt geweest en had geen idee wat me te wachten stond*
Ki-lo-me-ters voor Zuidlaren stonden alle bermen langs de weg bomvol met auto’s, hutjemutje. Een verstandig mens had hier haar conclusies uit getrokken, zo niet ik. Ik dacht, het is wel wat vol hier, maar de grootste drukte zal wel voorbij zijn, de paardenhandel is immers alleen ‘s morgens. Hopelijk kan ik de auto nog ergens in de Kerkstraat kwijt, op de Brink zal wel niet meer lukken.
*naïef! naïef! naïef!*
Ver voor het bordje “Zuidlaren” werd ik door drie figuren met felgekleurde jasjes aangehouden. Of ik vijf euro wilde betalen voor het parkeren, ten bate van de sportverenigingen. Eh, okee! En dan deze straat in mevrouw, dan kunt u op één van de weilanden achter de Prins-Bernhardhoeve parkeren. Ik begon me langzaamaan te realiseren dat de Zuidlaardermarkt blijkbaar best een happening is. We raakten gelukkig de auto kwijt op het dichtstbijzijnde weiland zodat we nog maar een kilometertje of twee, drie hoefden te lopen naar het dorp. Natuurlijk was ik niet zo verstandig om te zeggen, weet je, we gaan wel naar de kinderboerderij. Kom nou, niet zo snel opgeven. Bovendien heb ik vijf euro betaald voor dit weiland. En de kinderen mogen een suikerspin, dat heb ik al beloofd. Niet miepen, lopen. Jan in de rugdrager, Arend en Bette elk een handje, dan zijn we er zo.
*behalve dan NIET*
De toestand in Zuidlaren was werkelijk met geen pen te beschrijven. Koninginnedag in Amsterdam is er niks bij, echt he-le-maal niks. Al ver vóór de straat waar ik had bedacht de auto neer te zetten stond het barstensvol met kraampjes: speelgoed, eten, snoep, boeken, muziek, paardenspul, hondenspul, loempia’s, bier, bier, bier.
Het nauwe straatje richting de Brink, waar de kermis was en nog iets verder de markt zelf, vormde een ware necklebot, maar dat had ik pas door toen we er middenin zaten. Op een gegeven moment stond ik met Arend en Bette in een mensenmassa die gewoon muurvast zat. We konden geen kant op. Vooruit gingen we niet, terug was geen optie, we kwamen niet opzij. Ik begon licht te hyperventileren. Arend en Bette gelukkig niet, die keken hun ogen uit en trokken zich niks aan van de drukte! We hebben er zéker een half uur over gedaan om de twintig meter naar de Brink af te leggen.
Ik was zo opgelucht dat we zonder kleerscheuren uit die ellende waren gekomen dat ik niet meer op zoek ben gegaan naar paarden maar dat gaf niks. Arend en Bette vonden gelukkig de kermis erg leuk, zélfs toen we geen suikerspin konden vinden. Ze kregen uit een snoepkraam dan maar een afgrijselijke plastic trompet met snoep erin.
Het zoveelste slechte idee van die dag, de trompetten doen het namelijk echt als het snoep eruit is. Ze doen het zelfs ERG GOED.
Met omweg door rustiger straatjes (gelukkig ken ik de weg in Zuidlaren!) zijn we weer bij de auto terecht gekomen. De kinderen vonden het een hele belevenis, Arend wilde eigenlijk nog niet weg en was teleurgesteld dat we niet in de draaimolen waren geweest! Volgend jaar gaan we om 8.00 uur ‘s morgens. Of we gaan toch maar gewoon eendjes voeren. De kinderen hebben zich op de Zuidlaardermarkt dan wel prima vermaakt, het is voor mama een hele beproeving…!
2 Reacties op Zuudloardermaarkt